Mijn voortdurende ontdekkingsreis
Wekelijkse inspiratie – 2 juni 2024
Geliefd mens,
In deze brief probeer ik woorden te geven aan mijn veranderde godsgevoel, een gevoel dat zich nog steeds ontwikkelt. Ik ben er nog lang niet over uitgedacht. Om taal te vinden herlas ik het boekje Godsbeelden1. Het begint met het verhaal over een man die zijn vijftigste verjaardag viert.
Jij
‘Aan het eind van de avond sprak hij ons, zijn vrienden, zijn vrouw, broers, moeder, zonen toe. Hij deed dat niet door “jullie” tegen ons te zeggen. Hij zei “jij”. En steeds was er tenminste één hoofd dat kon knikken in zo’n jij-zin, en soms waren het er meer, en sommige hoofden knikten heel vaak. Ja, knikte de een, ik heb je eerste en tweede kind uit de wieg getild, ja, beaamde de ander, ik was getuige bij je huwelijk, een derde dacht: ik weet nog hoe erg de breuk met je eerste vriendin was, een vierde: ik sliep met je in een stapelbed, weer anderen: ik las je eerste gedichten, ik heb je geheimen gehoord, ik was met je op Vlieland, ik hoorde je voor het eerst de naam van je vrouw noemen, ik ken je aan het ontbijt en diep in de nacht, ik heb je kindergehuil gehoord, ik zal er nog zijn als jij er niet meer bent. Wij allemaal, zoals we daar zaten werden één geheel. En dat geheel was veel groter dan we hadden kunnen denken. Het deed eigenlijk aan iets anders denken: uit zijn woorden, uit zijn “jij” rees iets goddelijks op.’
Herkenning
In 2015 ging ik naar Zuid-Afrika zonder mijn man of kinderen. Ik had een boekje gemaakt ter herinnering aan mijn moeder die het jaar ervoor was overleden. Voor elk van mijn reisgenoten had ik ook zo’n boekje meegenomen. Zij kenden mijn moeder niet, maar in het vertellen over haar leven, over het afscheid en over wat ze voor mij en ik voor haar betekende, ontstond een wereld van herkenning. Het ging niet meer over het kennen van mijn moeder, maar over universele gevoelens die ons raakten en ons verbonden. Er gebeurde iets bijzonders.
Zoektocht
Over God en godsgevoel schrijven is niet eenvoudig, want hoe geef je woorden aan iets wat ongrijpbaar en onbevattelijk is. In ons genootschap denken we hier ook niet allemaal hetzelfde over: voor de een is het benoemen wezenlijk, voor de ander een struikelblok. Ik heb in mijn eigen zoektocht naar wat het voor mij betekende het woord God ook gemeden. Ik vind het namelijk prettig als ik iets kan begrijpen en het de juiste woorden kan geven. Ik houd van heldere oplossingen.
Ongemakkelijke kwetsbaarheid
Nadenkend over mijn eigen proces was het misschien ook het niet kunnen erkennen van mijn afhankelijkheid van een niet te bevatten kracht die zich toont in zowel al het wonderlijk schone als in het totaal verbijsterende. Deze ongemakkelijke kwetsbaarheid wilde ik liever vermijden.
Onbekend gebied
Gaandeweg ontdekte ik dat het begrijpen en het willen bevatten van deze oerkracht me in de weg stond. In beeldspraak, bijvoorbeeld in poëzie, in verhalen, films, muziek of een bezoek aan een museum merkte ik dat mijn zintuigen mij hielpen om voorbij mijn gedachten en in een voor mij meer onbekend gebied te komen. Een bepaalde melodie ontroerde me en het heerlijk samen kunnen lachen gaf me een blij gevoel. Bij het niet te vermijden overrijden van een jong eendje werd ik heel verdrietig.
Alomtegenwoordige bron
In het nieuwe zoeken ging in mij een luikje open. Eigenlijk begreep ik niets van wat me gebeurde en dat liet ik maar los. Ik bleek ontvankelijk en voelde me steeds meer en steeds weer verbonden met een alomtegenwoordige bron van leven.
Met deze ontdekkingsreis ben ik nog lang niet klaar. Elke keer zijn er weer nieuwe dingen die me daarin verwonderen en raken. Er is zoveel te ontdekken en het perspectief blijkt telkens weer zoveel weidser dan ik me kon voorstellen.
Belangrijke opdracht
Op een eerste zondag van de maand hernieuwen we de belofte die we bij een doop doen: om zelf een actieve bijdrage te leveren aan een veilig klimaat voor het kind. Die belofte omvat alle kinderen op de wereld. Dat is een urgente, grote en belangrijke opdracht. Als we onze kwetsbaarheid durven te laten zien in wat ons ten diepste raakt, leren we taal te vinden en oefenen we in het spreken over dat wat onzegbaar is. De man die vijftig werd, lukte het om het gevoel van het deel zijn van een groter geheel in eenieder aan te spreken. Zullen jij en ik daar samen in deze zowel mooie als weerbarstige wereld ook ons uiterste best voor doen?
Nanda Ziere
Eerstverantwoordelijk voorganger Apostolisch Genootschap
1Vierde Van Oosbreelezing door Marjoleine de Vos, gehouden in 2003